De Twentse strijd om de ‘wortels van het amateurvoetbal’

De Twentse strijd om de ‘wortels van het amateurvoetbal’
14 maart 2022 Reacties uitgeschakeld voor De Twentse strijd om de ‘wortels van het amateurvoetbal’ Bestuurders,Clubnieuws,Clustering,FEV,KNVB,Sportaal admin

Voetbalscholen Commerciële voetbalscholen kunnen de structuur van het amateurvoetbal ondergraven. Het leidt soms tot botsingen tussen clubs, met hun bindende en sociale functie in een wijk, en op winst gerichte scholen. Zo ook in Twente.

NRC,

Voetbalclub Achilles Enschede is een samenwerking aangegaan met de Prestige Football Academy (blauwe shirts), hier in een wedstrijd tegen VVOG.
Voetbalclub Achilles Enschede is een samenwerking aangegaan met de Prestige Football Academy (blauwe shirts; Achilles hoort in het rood-geel te spelen), hier in een wedstrijd tegen VVOG. Foto Eric Brinkhorst 

Daar stond Eusebio Paol (23), jeugdtrainer van de Twentse amateurvereniging Vogido, langs de lijn bij de eerste wedstrijd van het seizoen. Zijn jongens, van de Onder 17, wisten eigenlijk al dat ze zouden verliezen. De tegenstander, Achilles Enschede, had vlak voor het seizoen de beste jeugdspelers uit de hele regio aangetrokken. Vijf spelers uit het team van Paol waren ook vertrokken – hij stond nu ineens tegenover hen.

De jongens waren niet zomaar naar Achilles Enschede overgestapt. Die club was een samenwerking aangegaan met een commerciële voetbalschool, de Prestige Football Academy (PFA). Deze academie, onder leiding van een oud-jeugdtrainer van FC Twente, belooft de beste trainingen van de regio te geven. De jeugdspelers lopen in nette trainingspakken, werken met uitgekiende trainingsschema’s – sommigen dromen van een overstap naar het betaald voetbal.

Het concept sloeg zo goed aan, dat spelers uit de hele regio naar Achilles vertrokken. Bijna honderd schreven zich in bij Achilles Enschede/PFA. Het bracht een schok teweeg in het Twentse amateurvoetbal. Amateurclubs protesteerden, wilden weigeren om tegen Achilles te spelen, betichtten club en voetbalschool van „ronselpraktijken”.

Dus het was nogal wat voor Eusebio Paol, om die eerste wedstrijd tegen Achilles Enschede/PFA te spelen. Hij besloot om rustig te blijven. Extra motivatie voelde hij niet. Naar zijn spelers en hun ouders toe wilde hij uitstralen dat hij alleen met zijn eigen ploeg bezig was. „Ik heb gewoon tegen mijn team gezegd: we spelen tegen een sterkere tegenstander, maar we gaan ons niet aanpassen. We proberen iets te leren van deze wedstrijd. Ik denk ook dat dat is gelukt”, zegt Paol nu.

Zijn elftal verloor. Het werd 14-0.

OVER DEZE SERIE VERANTWOORDING

Voor een serie over commerciële voetbalscholen sprak NRC met 26 mensen die betrokken zijn bij voetbalscholen, amateurverenigingen en de voetbalbond KNVB. Diverse scholen en amateurclubs werden bezocht en er werd onderzoek gedaan naar financiële achtergronden van een aantal voetbalscholen. Aan alle Eredivisieclubs zijn vragen voorgelegd over hun banden met voetbalscholen. Zeven clubs wilden inhoudelijk reageren.

In deze serie:

NRC beschreef dit weekend de opkomst van commerciële voetbalscholen. Ze vormen een nieuwe zuil in het amateurvoetballandschap en zijn geënt op de moderne, individualistische maatschappij. Niet meer amateurvoetbal als gezellige activiteit, maar tegen betaling het beste uit kinderen halen. Dat concept slaat aan. Inmiddels zijn er naar schatting zeker tweehonderd commerciële voetbalscholen in Nederland. Ze worden door profclubs gezien als ideale plek om talent te scouten.

Maar de opkomst van de voetbalscholen heeft nog een belangrijk gevolg: de bedrijven ondergraven de structuur van het amateurvoetbal. Voetbalscholen bestaan niet alleen naast amateurverenigingen. Ze hebben de voetbalclubs ook nodig. Doordat het commerciële bedrijven zijn, mogen voetbalscholen niet zelf meedoen aan KNVB-competities. Als ze hun leden competitie- en bekerwedstrijden willen laten spelen moet een voetbalschool zich dus aansluiten bij een amateurclub.

Hechte gemeenschap

Dat leidt soms tot botsingen, omdat verenigingen zijn opgericht als bindend sociaal element in een wijk en voetbalscholen om winst te maken en kinderen beter te maken. Nergens was die botsing zo duidelijk als in Twente, een regio met een hechte amateurvoetbalgemeenschap. Als je het heel sec bekijkt draait het om de vraag wat het bestaansrecht is van een amateurclub.

Roy de Vos zit in de kantine van Achilles Enschede, een clubhuis met veel donkerbruin hout. De regen zwiept over de velden buiten. De Vos richtte de Prestige Football Academy samen met twee compagnons op in 2016, nadat hij bij FC Twente was vertrokken als jeugdtrainer.

Zijn idee was dat betaaldvoetbalorganisaties (bvo’s) niet altijd al het talent selecteren. Volgens hem is er een grotere groep ambitieuze en kwalitatief goede voetballers die graag samen speelt en beter wil worden – misschien kunnen ook zij dan later prof worden. „Ik geloof erin dat de beste drie of vier spelers van een lichting niet altijd geprikkeld worden bij hun eigen club, omdat er ook minder goede kinderen spelen”, vertelt De Vos.

‘Trainen op bvo-niveau’, stelde de Prestige Football Academy daarom in het vooruitzicht. Het werd meteen een succes. Op twee talentendagen kwamen 250 kinderen af. De PFA besloot om vijftig kinderen te selecteren voor de academie. Drie lichtingen: onder 11, 12 en 13 jaar. Ze begonnen met trainingen naast die bij hun amateurclub. Eerst één keer in de week, later twee of drie keer.

De kinderen waren enthousiast, ouders ook – ondanks het feit dat de kosten veel hoger waren dan de contributie van de amateurclubs. Bij de Prestige Football Academy betalen leden bijna 72 euro per maand om te voetballen – ongeveer vijftig euro meer dan bij reguliere amateurteams. Voor kinderen uit minder welgestelde gezinnen dragen sponsoren bij, zodat ze niet het volle bedrag hoeven te betalen.

Roy de Vos: „Wij zagen al heel snel dat er een markt is voor ons product. Daar spelen wij op in. Kinderen en hun ouders kiezen er zelf voor. In mijn ogen is daar niks negatiefs aan, maar de voetbalwereld is conservatief. Daardoor wordt de opkomst van voetbalscholen als bedreigend ervaren.”

Op twintig minuten rijden van de Achilles-kantine zitten drie mannen in de bestuurskamer van de voetbalvereniging Bon Boys, in Haaksbergen. Het zijn Bon Boys-voorzitter Gert-Jan Klanderman, bestuurslid Pieter Bas van Vliet van KVV Losser en Henk Bolhaar, de KNVB-afgevaardigde voor de regio Twente. Met z’n drieën en gesteund door 35 amateurverenigingen in de regio zijn ze de afgelopen jaren in opstand gekomen tegen de Prestige Football Academy.

Foto Eric Brinkhorst

Afmeldingen bij clubs

Van Vliet: „Het regende plotseling afmeldingen bij onze clubs, omdat spelers bij de PFA moesten trainen of daar een oefenwedstrijd hadden.” Klanderman: „Dat leidde tot wrijving binnen teams. Ouders van kinderen die niet bij PFA speelden, zeiden: jullie zijn toch een team, waarom zijn die spelers er dan zo vaak niet?” Van Vliet: „Er ontstonden ook vedetteneigingen. Bij onze club krijgen spelers een trainingspak van het merk Hummel. Prima, maar geen topmerk. Bij de PFA liepen ze in Nike-tenues. Dan gingen ze bij ons zeuren dat Hummel niet goed genoeg was.”

Achilles Enschede is bijna honderd jaar oud. Een christelijke club, met een gereformeerde signatuur. Vroeger brachten ouders hun kinderen vanwege die achtergrond uit de hele regio naar Achilles. Maar de club kreeg het steeds moeilijker. Jeugd was er bijna niet meer en Achilles zag het aantal seniorenteams afnemen. Robert Brink, bestuurslid voetbalzaken: „Dan denk je wel eens: hoe lang gaan we dit redden?”

Begin 2020 nam Roy de Vos contact op met Achilles. Kon de Prestige Football Academy op de velden van Achilles komen trainen? Dat mocht. Brink: „Voor mij was het genieten om hen te zien trainen. Het was van een niveau dat ik helemaal niet kende.”

De PFA had al eens geprobeerd om een eigen club op te richten, maar het lukte niet om aan de regels van de KNVB te voldoen. Amateurclubs moeten bijvoorbeeld een seniorenteam hebben, maar de PFA richt zich juist op jeugd. Eind 2020 kwam Achilles met het idee om voetbalschool en amateurvereniging samen te voegen. Brink: „Wij zagen vooral veel kansen om onze vereniging levensvatbaar te houden. Ik had wel wat kritiek verwacht van andere clubs, maar niet zoveel.”

„Onze klanten, leden, zagen gewoon dat hun amateurclubs niet konden tippen aan ons niveau. Dat wij lidmaatschap koppelden aan selectie maakte onze spelers laaiend enthousiast”, zegt De Vos.

Dus kwam het tot een samenwerking. De PFA vroeg – zonder overleg met andere clubs – aan de eigen leden of ze wilden overstappen. Bijna honderd spelers schreven zich in bij Achilles Enschede – zij verlieten vrijwel allemaal een andere amateurclub. Achilles is een club waar jeugdspelers alleen welkom zijn als ze goed genoeg zijn.

Precies dat steekt voor Pieter Bas van Vliet van KVV Losser. „Verenigingen zijn ervoor om verbinding en saamhorigheid te creëren. Voetbal is een volkssport die voor iedereen toegankelijk moet zijn. Dit knabbelt aan de wortels van het Nederlandse amateurvoetbal”, zegt Van Vliet. Voorzitter Gert-Jan Klanderman van Bon Boys: „Wij hebben een maatschappelijke rol in de regio. Er is clubliefde. Dat vinden ze bij de PFA allemaal veel te romantisch.”

Botsing van culturen

Het is een botsing van culturen die je ook op andere plekken in het land ziet. Meestal gaat het mis binnen clubs die een samenwerking aangaan met een voetbalschool. In Hoofddorp ging UNO samenwerken met de Sports and Future-voetbalschool. Voorzitter Roel de Groot hoopte op kwalitatief sterkere trainingen, vertelt hij in het chaletachtige clubhuis van UNO. Er kwamen ook betere trainingen, maar de voetbalschool veranderde de club diepgaander.

Er werden talenten uit de regio aangetrokken, steeds vaker ging het over stages bij profclubs, de sfeer in de teams verslechterde volgens De Groot door felle concurrentie tussen kinderen. Bovendien kregen eigenaar en trainers van de voetbalschool steeds meer zeggenschap in het bestuur. Tijdens ledenvergaderingen kwamen veel leden van de voetbalschool, waardoor die ‘tak’ van de club machtig werd.

Uiteindelijk besloot Roel de Groot om afscheid te nemen van de voetbalschool. Dat deed pijn. De voetbalschool verkaste naar een andere amateurvereniging en de meeste leden gingen mee. In één klap verloor UNO meer dan honderd leden, inclusief hun contributie. De Groot: „Het lijkt mooi, zo’n samenwerking, maar ik begin er nooit meer aan.”

Foto Eric Brinkhorst

Jan-Willem van der Roest, die namens de Universiteit Utrecht onderzoek doet naar voetbalscholen, kent meer voorbeelden. In zijn ogen ontstaan botsingen als de prestatiecultuur van de voetbalschool de overhand krijgt bij een vereniging die daarvoor niet prestatiegericht was. Een klassieke clash tussen saamhorigheid en individualisme. Van der Roest: „Als voetbalscholen de dominante organisatie worden binnen de gezelligheidsvereniging, levert dat vaak spanningen op.”

In Twente zorgde de samenwerking tussen Achilles Enschede en de Prestige Football Academy voor saamhorigheid bij andere clubs. Zij kwamen in opstand. Tientallen clubs ondertekenden een statement waarin ze zich tegen Achilles en de PFA keerden. Ze verweten hen dat ze „voorbijgaan” aan het sociale karakter van een voetbalvereniging. Bovendien waren ze bang voor „tweedeling” in het voetbal door de hoge kosten voor PFA-trainingen.

Ronselen

Er werd contact gezocht met de KNVB, diverse clubs overwogen „juridische stappen”, omdat de PFA en Achilles – zoals de lokale pers boze clubbestuurders citeerde – spelers zouden „ronselen”. Eredivisieclub FC Twente verbrak de samenwerking met een jeugdtrainer, omdat die ook PFA-trainer was. Bij een wedstrijd van Achilles hing een spandoek met de tekst: „Geen commercie in het amateurvoetbal.”

De KNVB boog zich over de zaak, maar kon geen onregelmatigheden ontdekken. De voetbalbond toonde begrip tegenover de amateurverenigingen in de regio, maar verwacht wel dat clubs ‘gewoon’ tegen Achilles/PFA voetballen. Doen ze dat niet, dan krijgen ze punten in mindering. Want uiteindelijk mogen mensen zelf beslissen bij welke club ze spelen.

Over oprichter Roy de Vos van de PFA verscheen ondertussen het ene na het andere kritische artikel in de lokale media. Hij was ook nog hoofdtrainer van ATC ’65, een andere club, maar werd daar geschorst vanwege „de rel” rond zijn voetbalschool. „Ik heb het als een hetze ervaren”, vertelt De Vos. „Het ging zelfs zo ver dat mijn moeder, die al dertig jaar gastvrouw is bij wedstrijden van FC Twente, ermee is gestopt. Ze kon het niet meer aan. Bij FC Twente kreeg ze steeds te horen: wat is dat nou allemaal, met die PFA? Ik ben weggezet als bandiet, terwijl ik gewoon een andere kijk heb op amateurvoetbal.”

Sinds afgelopen zomer is het weer rustiger in de regio. De teams van Achilles/PFA winnen dit seizoen bijna al hun wedstrijden. Bij andere amateurverenigingen zijn ze aan de slag gegaan om hun trainingen naar een hoger niveau te tillen. Ze werken samen met profclubs FC Twente en Heracles Almelo, die een ‘regioplan’ hebben waarmee ze de betere amateurvoetballers trainingen op niveau willen bieden. Pieter Bas van Vliet van KVV Losser: „Ik hoop dat het regioplan ervoor zorgt dat de PFA op termijn zal verdwijnen.”

Roy de Vos gelooft daar niet in. In zijn ogen is het verenigingsleven voorgoed veranderd. „Vroeger ging je met je tasje naar de club, gewoon lekker voetballen. Nu willen mensen presteren. Clubliefde is minder dan twintig jaar geleden. Mensen voelen zich klant, de sportwereld speelt daarop in. Ik denk dat wij geen ontwrichter zijn, maar een revolutionaire partij. Dat levert altijd weerstand op.”